Drie jaar VvDN: ‘We zijn een end op streek, maar er is nog veel te doen’

20 januari 2022, 14:09

De Vereniging van Detacheerders Nederland (VvDN) is er in korte tijd in geslaagd detacheerders bij elkaar te brengen voor het gemeenschappelijk belang. Een knappe prestatie in de voorheen gesloten markt waarin iedereen elkaar slechts als concurrenten zag. Maar het werk is nog lang niet gedaan. Een eigen CAO moet de opmaat zijn tot een eigen wettelijke positie voor detacheren.

Alliantie van Werk

Afgelopen jaar heeft de VvDN het 70e lid mogen verwelkomen. De branchevereniging groeit gestaag door en heeft in drie jaar tijd naam gemaakt. De kiem werd gelegd in 2017, legt Peter Hulsbos (secretaris VvDN uit); in een streven alle flexvormen te bundelen richtte de ABU het Brede Huis van Werk (later Alliantie van Werk) op. Dit gebeurde nadat de ABU zelf het besluit had genomen zich uitsluitend te richten op uitzendbureaus en payrollbedrijven. De gedachte was dat vertegenwoordigers van andere vormen van flexdienstverlening bijeengebracht worden in dit ‘brede huis van werk’. Daardoor ontstaat immers een veel sterkere lobbykracht richting Den Haag en Brussel. Dat is overigens niet helemaal gelukt; zo is er geen specifieke vertegenwoordiging van werving en selectiebureaus en ook is het MSP-netwerk niet echt van de grond gekomen. Wel is I-ZO (voorheen Platform voor zzp-dienstverleners) ontstaan uit de Alliantie van Werk, weliswaar naast andere zzp-belangenorganisaties. Voor detachering ontstond de enige branchevereniging in Nederland: de Vereniging van Detacheerders Nederland (VvDN).

Detacheren is anders dan uitzenden

De VvDN werkt dus samen met de brancheorganisatie van uitzenders ABU, maar vaart haar eigen koers. Bij detacheringsbureaus is van oudsher weinig animo om zich aan te sluiten bij de ABU. Er is namelijk altijd een spanningsveld geweest tussen detacheren en uitzenden. “Detacheren is wezenlijk anders dan uitzenden.”
Op initiatief van meerdere betrokkenen ging Hulsbos als ‘verkenner’ op pad om te inventariseren of er interesse was bij detacheerders in een eigen gezamenlijke vertegenwoordiging. “Ik ben bij DPA, Brunel, Maandag, maar ook kleinere bureaus langs gegaan en tot mijn verbazing zeiden die vrijwel allemaal dat die behoefte er wel degelijk was. Met als argumenten de complexere arbeidsmarkt en de – ook toen al – discussie over wet- en regelgeving, waarbij tot ergernis van de bureaus zij niet als partij werden gezien en niet aan tafel zaten.”

“De behoefte bij detacheerders om uit te leggen waarom wij anders zijn is groot.”
Peter Hulsbos

Vertrouwen winnen

Uiteindelijk zijn vijf, zes van deze bureaus, aangevuld met ABU-leden Driessen, Yacht (Randstad), Ajilon (Adecco), USG (Professionals) en Experis (Manpower) in 2018 gestart als platform voor detacheerders. Het was voorzichtig aftasten, vertrouwen winnen, want in de detacheringsmarkt was het altijd ieder voor zich; de concurrenten kenden elkaar niet of nauwelijks en van enige samenwerking was geen sprake, weet ook Marcel van den Bekerom (vice-voorzitter VvDN). “Dat vertrouwen krijgen in elkaar is goed gelukt. Dat komt ook doordat de structuur van de VvDN zo is ingericht dat veel verschillende leden in commissies – voor themabijeenkomsten, CAO, goed werkgeverschap, et cetera – continu met elkaar samenwerken en er veel tijd en energie in stoppen om ergens te komen. Ze leren elkaar beter kennen en dat trekt anderen aan. Dan krijg je een olievlekwerking.”

Gemeenschappelijk belang

“De behoefte bij detacheerders om uit te leggen waarom wij anders zijn is groot”, zegt Hulsbos. Het succes van de VvDN ligt in het besef dat er een gemeenschappelijk belang is voor detacheerders. Flex staat al langere tijd in een negatief daglicht en detacheerders, hoewel zij geen flexwerkgevers zijn, worden in de politiek-maatschappelijke discussie al gauw op één hoop gegooid met ‘foute flex’. Detachering wordt in de hoek van uitzenden geduwd en detacheerders willen nou juist weg uit de hoek van uitzenders.

Want de verwachte strengere wetgeving voor uitzenden (Borstlap: alleen bij ‘ziek en piek’) dreigt ook detachering te raken. Door de driehoeksrelatie opdrachtgever-werknemer-werkgever valt detacheren onder de WAADI (en wordt dus als uitzenden gezien). De strengere regels rondom uitzenden zouden dan ook voor detachering gaan gelden.
Hulsbos: “Bij detacheerders leeft heel sterk het gevoel dat we samen duidelijk moeten maken dat dit beeld niet klopt; detacheren heeft een eigen gezicht en de wetgever zou dat moeten erkennen.” De belangrijkste doelstelling van de vereniging is dan ook: streven naar een wettelijke en/of breed gedragen maatschappelijke erkenning van de detacheerder als dienstverlener en goed werkgever.

Lees ook: De donkere wolk boven zonnige toekomst voor detacheren

De donkere wolk boven zonnige toekomst voor detacheren

Onbekendheid

Maar voor het zover is, is er nog een lange weg te gaan. ‘De politiek in Den Haag kent ons niet’, besefte ook Maikel Pals – tot voor kort voorzitter – enkele jaren geleden al. “Er was destijds al discussie over de zzp-wet (Wet DBA). Daar hebben wij als detacheerders eigenlijk weinig mee te maken. Maar na een bericht van de NOS ben ik uitgenodigd door toenmalig staatssecretaris Wiebes (Financiën). In de eerste paar zinnen noemde hij ons eerst payrollers, vervolgens uitzenders… terwijl ik daar kwam om over detachering te praten. Toen besefte ik hoe weinig kennis er is bij beleidsmakers over het detacheringsvak.” De noodzaak voor een eigen branchevereniging is volgens hem dan ook groot gezien de onbekendheid met detachering, zowel maatschappelijk als in Den Haag.

Marktmonitor

Detachering moest hoog nodig op de kaart gezet worden, daarvan waren de detacheerders wel overtuigd. En dus is in januari 2019 de oprichtingsakte opgesteld en ging de VvDN officieel van start. De kick off was de oprichtingsbijeenkomst met 100 man in de zaal waar de resultaten van een onderzoek naar de detacheringsmarkt (i.o.v ABU, ABN AMRO en PwC) werden gepresenteerd. Van den Bekerom: “Dat was voor het eerst dat we echt data hadden en inzicht kregen in de omvang van de detacheringsmarkt.” Dat heeft de basis gelegd voor de VvDN Marktmonitor die nu elk kwartaal wordt gepubliceerd. Inmiddels is de VvDN Marktmonitor in korte tijd een belangrijke informatiebron in de markt geworden.

Lees ook: VvDN MarktMonitor is een onmisbare benchmark voor detacheerders

Eigen CAO, eigen positie

Passend bij het bedrijfsmodel willen detacheerders ook een eigen arbeidsvoorwaardenbeleid kunnen voeren. Nu moeten detacheerders nog de CAO voor uitzendkrachten volgen en de daarbij behorende inlenersbeloning. Dat is Hulsbos een doorn in het oog. “Het is raar dat je als werkgever tegen je eigen werknemer moet zeggen ‘voor je opdracht in Amsterdam krijg je X, maar voor je volgende opdracht in Utrecht krijg je iets minder.”
Er wordt op dit moment hard gewerkt aan het opzetten van een eigen CAO voor detacheerders. De hoop is dat dit in de loop van 2022 gaat lukken. Hulsbos weet dat veel detacheerders daarop zitten te wachten en verwacht dat dit de gewenste groei in ledenaantal een boost zal geven. Maar ook nu al groeit het ledenaantal nog steeds door.
“We zijn een end op streek met de CAO, maar is er nog veel te doen”, zegt Van den Bekerom. De eigen CAO moet volgens hem de opmaat zijn tot een wettelijke verankering van detacheren. “Op korte termijn willen we een eigen CAO zien af te sluiten. Verder in de toekomst willen we toewerken naar eigen juridische positie van detacheren.”
Dat is actueel omdat het nieuwe kabinet zich zal gaan buigen over de arbeidsmarkt met de aanbevelingen van de Commissie Borstlap en het SER-advies als uitgangspunt. (Komt detacheren in rijbaan één (werkgever) of toch rijbaan drie (uitzenden)? Blijft detacheren überhaupt onder de WAADI vallen?“
Van den Bekerom “Die twee perspectieven zijn natuurlijk heel belangrijk voor alle detacheerders. Als dat goed geregeld is kunnen zij veel beter invulling geven aan hun rol als werkgever.”

Lees ook: Johan Zwemmer (Commissie Borstlap): ‘Detacheerder is werkgever, geen flexleverancier’

“Detachering zou wel eens een van de meest passende werkvormen op de moderne arbeidsmarkt kunnen worden.”
Marcel van den Bekerom

Werkgevers van de toekomst

Met een eigen position paper laat de VvDN aan Den Haag zien dat zij een professionele branchevertegenwoordiger is die serieus genomen dient te worden.
Hulsbos ziet detacheren als ‘the best of both worlds’; zekerheid voor de werkende, flexibiliteit voor de opdrachtgever. Van den Bekerom vult aan: “Wij hebben iets unieks in handen als detacheerders. De politiek streeft naar ‘meer vast en minder flex’ en wij bieden juist die zekerheid aan onze mensen. Hét voordeel van detacheren is dat wij vaste contracten bieden en veel investeren in kennisdeling, opleiding en ontwikkeling van medewerkers. Én we voorzien in de behoefte aan tijdelijke capaciteit en expertise (hoogwaardige kennis) bij opdrachtgevers. We bieden daarmee een duurzame oplossing voor de schaarste op de arbeidsmarkt. Detachering zou dus wel eens een van de meest passende werkvormen op de moderne arbeidsmarkt kunnen worden.”
Hulsbos wijst op het grote belang van continue opleiding en ontwikkeling: “Investeren in ontwikkeling van werkenden – dat zit in het businessmodel van detacheerders. Niet alleen in trainees, maar ook in HBO+’ers die hun deskundigheid op peil moeten houden. Detacheren bestaat bij de gratie van investeren in ontwikkeling van mensen.” Niet voor niets investeren detacheerders minstens 3-4% van hun loonsom aan opleiding en ontwikkeling (kwaliteitseis VvDN), veel meer dan de gemiddelde werkgever.
Van den Bekerom sluit zich daar volledig bij aan. “Detacheren is precies wat de BV Nederland nu nodig heeft. Dat beeld, die boodschap, kunnen we nu veel beter overbrengen als VvDN.”

Lees ook: Factsheet VvDN